Bodemdaling
Sinds maart 2023 staat er aan de Vlaardingse Vaart weer een windas of overtoom. Hiermee werden in het verleden schuitjes uit de laag gelegen polder overgehaald naar het hoger gelegen boezemwater en weer terug. Het is haast niet voor te stellen, dat er een periode is geweest dat de boeren met schuitjes vanuit de polder zonder belemmering de vaart in konden varen. De ontginning van het land, met onder meer de komst van sloten, zorgde voor de eerste bodemdaling. De bouw van windwatermolens vanaf het midden van de vijftiende eeuw versterkte de drooglegging van het poldergebied, waardoor vooral de veenbodem verder inklonk. Hierdoor werd het moeilijker om met mankracht schuitjes over de polderkade te halen. Daarom moest er een hulpmiddel ontwikkeld worden.
Werking van een windas?
De oudst bekende vermelding van een windas in Delfland dateert van 1504. Het betrof de aanleg van een windas op de kade van de Boonervliet, nabij de Lickebaertsmolen in het ambacht Maasland. De laatste verdween in 1884 bij de Slinkslootmolen aan de Vlaardingse Vaart. In de omgeving van Delft, waaronder Midden-Delfland, hebben in totaal zo’n 56 windassen op de kades gestaan. Feitelijk is de windas slechts een onderdeel van de overtoom, namelijk de lier bestaande uit een horizontale as of spil waar aan de uiteinden spaken op raderen bevestigd zijn, waarmee de schuitjes met behulp van een touw of ketting werden overgehaald. Op de hellende vlakken van de kade of dam was hiervoor aan beide zijden een houten bekleding met vaste of losse rollen aangebracht, zie de helling aan de polderzijde van de windas bij de Bieslandse Bovenmolen nabij Delft. De boeren brachten de boter en kaas met het eigen schuitje naar de markt in Delft en Vlaardingen.
Terugkeer van een windas
In 1985, ten tijde van de Reconstructie van Midden-Delfland, is er in het inventarisatierapport ‘Molens, gemalen en andere waterstaatkundige elementen in Midden-Delfland’ door de auteur van dit artikel voor het eerst geschreven over de wenselijkheid om een dergelijk waterstaatkundig object in het gebied terug te brengen. De gedachte werd herhaald in een artikel over ‘Windassen in Midden-Delfland’ in het Historisch Jaarboek Schipluiden 2012. De Historische Vereniging Oud-Schipluiden en de Stichting Midden-Delfland is Mensenwerk hebben het idee in 2018 verder uitgewerkt voor de Erfgoedtafel Trekvaarten van de provincie Zuid-Holland. Een pleidooi voor de terugkeer van een windas werd daar enthousiast, ook met geld, onthaald. De keuze van de locatie viel op de Zonnehoeve nabij de Vlaardingse Vaart in Vlaardingen, net over de grens van Midden-Delfland. Argumenten waren: hier heeft daadwerkelijk een windas gestaan, de aangrenzende boerderij heeft een educatieve functie, waar bezoekers op af komen en aan de overzijde van de Vlaardingse Vaart ligt het terrein van de kanovereniging Natsec, die de locatie nabij de Zonnehoeve reeds geruime tijd gebruikt als overzetpunt voor kanotochten in de polder. Leden van deze vereniging boden al vroeg aan hand- en spandiensten bij het gebruik van de overtoom te verrichten.
Inzet van velen
Het traject om de nodige vergunningen te verkrijgen duurde lang, mede omdat het Hoogheemraadschap van Delfland niet graag een obstakel op de kade heeft. Uiteindelijk is de toestemming, mede namens inzet van de gemeente Vlaardingen, er gekomen. Lof verdient de bouwer, Restauratie Werkplaats Schiedam, die creatieve oplossingen heeft bedacht om aan de veiligheidseisen en passeerbaarheid te voldoen. Het lange traject en de extra voorzieningen hebben er wel voor gezorgd dat de kosten aanmerkelijk duurder zijn geworden. Gelukkig zijn er fondsen gevonden, die de realisatie financieel met elkaar mogelijk hebben gemaakt. We noemen speciaal: Provincie Zuid-Holland, Erfgoedlijn Trekvaarten, Fonds Schiedam Vlaardingen e.o., Gemeente Vlaardingen, De Grootfonds Schiedam, Job Dura Fonds, Van Der Mandele Stichting, Deltaport Donatiefonds en Prins Bernhard Cultuur Fonds.
Gereconstrueerde windas
De komst van gemalen vanaf het derde kwart van de negentiende eeuw heeft ervoor gezorgd, dat de bodemdaling in een eeuw tijd opnieuw met ruim één meter toenam. Hierdoor was het voor de boer ook niet meer mogelijk om zijn melkproducten veilig over de kade te leiden. De helling werd te steil! Het waterpeil in de polder nabij de Zonnehoeve ligt nu ruim drie meter onder dat van de Vlaardingse Vaart. Dit betekende voor de reconstructie van de overtoom dat aan die zijde een lange helling met rollen moest worden gemaakt. Via een brede waterloop kan het polderriviertje de Zweth worden bereikt. Het schuitje, dat bij demonstraties zal worden gebruikt, is beschikbaar gesteld door Natuurmonumenten; het is belangeloos opgeknapt door de Restauratie Werkplaats Schiedam. Eén segment in de helling kan er uitgelicht worden om een maaimachine de gelegenheid te geven te passeren. De reconstructie van de overtoom is onder andere gebaseerd op een voorbeeld uit de Alblasserwaard. Dergelijke modellen kwamen ook in Midden-Delfland veelvuldig voor. De witte handvatten maakten het gebruik in het donker mogelijk. De windas toont de betekenis van de kleine scheepvaart in en vanuit de polder. Op de informatiezuil bij de Zonnehoeve wordt het verhaal verteld over deze fraaie locatie.
Jacques Moerman, april 2023